12 maart 2019: over het Klimaatakkoord, met Donald Pols en Frank Wassenberg

Op 12 maart ging het Politiek Café over het Klimaatakkoord en de doorrekening daarvan die de volgende dag gepresenteerd zou worden. We gingen erover in gesprek met Donald Pols, directeur van Milieudefensie  en Frank Wassenberg, Kamerlid voor de Partij voor de Dieren.

Waarom een Klimaatakkoord?

Om te beginnen legt Donald Pols uit waarom er een Klimaatakkoord is en wat we hiermee bereiken. Om de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs te halen zijn bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheden met elkaar in gesprek gegaan. Na maanden onderhandelen werd in december 2018 het Klimaatakkoord gepresenteerd. Hier staan afspraken en voorstellen in om de CO2 uitstoot in Nederland te verminderen. Het gaat hier nog wel om een ontwerp-Klimaatakkoord; pas na de doorrekeningen besluit het kabinet welke voorstellen ze over zullen nemen. Frank Wassenberg voegt hieraan toe dat het akkoord vooral nodig is omdat volgens hem het kabinet de oplossingen voor het klimaatprobleem te lang aan de markt over heeft gelaten. Nu het bijna te laat is om de doelen te halen moeten ze wel maatregelen gaan nemen en een akkoord sluiten.

De moderatoren leggen een uitspraak van Klaas Dijkhoff, fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer, voor aan de sprekers. In januari 2019 zei Dijkhoff namelijk in de Telegraaf dat hij afstand neemt van het Klimaatakkoord omdat de gewone burger niet gehoord is in de onderhandelingen en dat zij nu voor de kosten opdraaien. Ook reageren Pols en Wassenberg op een uitspraak van Klaas Dijkhoff over het Klimaatakkoord. Dijkhoff zegt namelijk dat de gewone burger niet gehoord is en dat de kosten nu allemaal bij hen liggen. Pols vindt dit een rare uitspraak omdat er organisaties en belangengroepen als de FNV, de woonbond, Milieudefensie en Greenpeace aan tafel zaten. Deze partijen hebben een enorme achterban die ze vertegenwoordigen. Daarnaast worden de burgers vertegenwoordigd door de politieke partijen. Frank Wassenaar is het eens met het gegeven dat burgers wel degelijk zijn vertegenwoordigd. Ook benadrukt hij dat de politiek de lasten zelf bij de burger neer heeft gelegd en dat het raar is om dan nu te klagen over het feit dat de burger moet betalen.

Doorrekening Klimaatakkoord

Op woensdag 13 maart, de dag na dit Politiek Café, maken het Centraal Planbureau voor de Leefomgeving en het Centraal Planbureau de doorrekeningen van het Klimaatakkoord bekend. Onlangs maakte een woordvoerder van het ministerie van Economische Zaken bekend dat deze doorrekeningen gebaseerd zullen zijn op cijfers uit 2017. Dat er gebruik wordt gemaakt van oudere cijfers, roept de vraag op of de doorrekening wel betrouwbaar zal zijn. Frank Wassenberg vindt dat niet het grootste probleem. Volgens hem staan er zo weinig concrete maatregelen in het klimaatakkoord dat de cijfers best betrouwbaar kunnen zijn, maar dat er niet genoeg maatregelen zijn om daadwerkelijk mee te rekenen.

Dit komt deels doordat er bepaalde onderwerpen taboe zijn verklaard door organisaties en bedrijven die meededen met de onderhandelingen. Deze onderwerpen mochten daarom niet aan de klimaattafels besproken worden. Als voorbeeld noemt Pols de CO2-heffing waarvan de industrie niet wilde dat dit onderdeel van de besprekingen zou zijn. In plaats daarvan zullen bedrijven zelf aangeven hoeveel ze in CO2 uitstoot zullen reduceren en betalen ze een boete als dit niet gehaald wordt. Een ander voorbeeld is het voorstel om de veestapel te laten krimpen. Ook dit mocht niet besproken worden aan de klimaattafels. Het concrete voorstel om hogere belastingen op gas in te voeren en lagere op elektriciteit werd wel over gepraat en door iedereen goedgekeurd. Maar dit voorstel is dan weer door het kabinet teruggedraaid. Wassenberg en Pols vinden dat deze beperkingen ervoor gezorgd hebben dat het Klimaatakkoord niet ver genoeg gaat. Zij geloven er daarom niet in dat er uit de doorrekeningen zal blijken dat het doel voor de vermindering van de CO2 uitstoot wordt gehaald met deze voorstellen.

Moet Nederland koploper zijn?

Vervolgens ging het gesprek over de vraag of het wel zin heeft om met zo’n klein land als Nederland allerlei maatregelen te nemen terwijl in landen als China nog volop vervuild wordt. Wassenberg vindt dat vervuiling in andere landen geen reden is voor Nederland om niet het goede voorbeeld te geven. Daarnaast zijn we niet het enige land dat wel iets aan klimaatverandering probeert te doen, ook in Scandinavië en Duitsland zijn ze hard bezig de afspraken uit klimaatakkoord van Parijs na te komen.

Pols wil het beeld dat wij van China hebben graag bijstellen. Er wordt vaak gezegd dat ze in China alleen maar vervuilen en de een na de andere kolencentrale bouwen, maar dit beeld is achterhaald. In China worden bijvoorbeeld wel kolencentrales gebouwd, maar voor elke centrale die erbij komt, verdwijnen er ook weer twee. Dit komt omdat deze nieuwe kolencentrales beter en efficiënter worden. Daarnaast wordt er in China elk uur een windmolen geplaatst. Wat de rol van Nederland betreft benoemt Pols dat in 50% van de windmolens wereldwijd Nederlandse technologie gebruikt wordt. Nederland kan dus een grote rol spelen in het verduurzamen van de wereld.

Wat doet de burger zelf?

CO2-uitstoot in punten naar stemgedrag TK2017. Bron: I&O Research

Naar aanleiding van een onlangs gepubliceerd onderzoek van I&O Research gaat het gesprek over op de rol van de burger. Uit het onderzoek blijkt dat hoogopgeleide mensen wel duurzaam denken en ook vaker op duurzame partijen stemmen maar zich niet duurzaam gedragen. Zo zijn ze vaker van plan geen vlees te eten dan lager opgeleiden maar is er in vleesconsumptie geen verschil tussen deze twee groepen.

Pols vindt dat iedereen zijn of haar verantwoordelijkheid moet nemen als het over het klimaat gaat. Tegelijk geeft hij aan  dat deze verantwoordelijkheid niet voor iedereen gelijk is. De 10% mensen met hoogste inkomens zorgen in Nederland voor 50% van de uitstoot en het grootste deel van de subsidies om te verduurzamen gaat naar mensen met hogere inkomens. Als je dit voortzet, leef je straks in een samenleving waarin duurzaam leven alleen is weggelegd voor de rijken. We moeten dus zorgen dat dit betaalbaar wordt voor iedereen. Frank Wassenberg is het hiermee eens. Hij voegt toe dat  de armste 10% van Nederland maar liefst 5% van hun inkomen kwijt is aan energie, terwijl dit voor de rijkste 10% maar 1,5% is.

Vanuit de zaal komt de kritiek dat we de doelen van het Klimaatakkoord in Parijs niet gaan halen als we alleen op individuen focussen. Wassenberg geeft toe dat dit alleen niet voldoende is, maar benadrukt ook dat er bij individuen veel te halen valt. Het minderen van vleesconsumptie zou bijvoorbeeld al voor grote verandering kunnen zorgen. Ook hierover is vanuit het publiek een kritisch geluid te horen. Het overgrote deel van de dierlijke producten die in Nederland geproduceerd worden gaat namelijk naar het buitenland. Als wij hier minder produceren, zal de productie zich dus gewoon naar het buitenland verplaatsen. Een andere aanwezige geeft aan dat het verplaatsen van deze productie nog steeds een positief effect kan hebben, omdat het Nederlandse grondwaterpeil dan omhoog kan. Dat zorgt weer voor meer biodiversiteit.

Wat nu?

De laatste vraag uit het publiek is een vraag naar een constructief geluid. De vraagsteller vindt dat er veel wordt gepraat over wat het kabinet niet doet en wat er mis gaat. Hij/zij vraagt zich af hoe we dit probleem nu wel gaan oplossen? Wassenberg geeft aan dat de Partij voor de Dieren veel doet maar dat ze als kleine partij maar beperkte invloed hebben. Donald Pols vertelt over de rechtszaak die Milieudefensie tegen Shell gaat beginnen als Shell zich niet aan het Klimaatakkoord van Parijs houdt.