Verslag college 4 – Tom van der Meer: ‘Het probleem ligt niet bij de kiezers, maar in de politieke cultuur’

Een verkiezingsloterij, het verhogen van de kiesdrempel, het invoeren van referenda: politici, journalisten en publicisten stellen aan de lopende band oplossingen voor om het wantrouwen van burgers in de politiek terug te dringen. Volgens politicoloog Tom van der Meer is dit wantrouwen juist essentieel voor de democratie. Samen met het publiek bekijkt hij in zijn afsluitende college wat de vaak voorgestelde oplossingen daadwerkelijk zouden betekenen voor het vertrouwen in de democratie.

Wat beïnvloedt vertrouwen?

Uit onderzoek is gebleken dat het vertrouwen van mensen in de politiek structureel versterkt wordt door de kwaliteit van het bestuur (oftewel: “pak corruptie altijd hard aan”) en evenredigheid bij verkiezingen. Van der Meer: “Die proportionaliteit maakt het soms misschien lastiger om een land te besturen, maar democratie is niet gericht op een zo efficiënt mogelijk bestuur, maar op stabiliteit en betrokkenheid van inwoners.” Op de middellange termijn zijn zaken als economische prestaties en verkiezingen van invloed op het vertrouwen en op korte termijn schandalen en imagokwesties, waaronder ook rampen zoals 11 september in Amerika.

Schijnoplossing 1: het districtenstelsel

Van der Meer behandelt in zijn college verschillende ‘schijnoplossingen’ die volgens hem mogelijk een probleem oplossen, maar niet dat van het wantrouwen in de politiek. Het invoeren van een districtenstelsel, bijvoorbeeld, zou de evenredigheid van ons systeem aantasten en dus het vertrouwen. “Als in 2012 bij de Tweede Kamerverkiezingen een districtenstelsel was gehanteerd bestond Nederland alleen uit VVD en PvdA-districten. Er zouden dan geen andere partijen meer zijn via welke kiezers hun onvrede zouden kunnen kanaliseren.”

Schijnoplossing 2: de kiesdrempel

Een andere veelgehoorde oplossing, het opwerpen van een kiesdrempel, maakt Nederland evenmin bestuurbaarder. “Het zou pas effect hebben bij een kiesdrempel van 10%, oftewel 15 zetels, vergelijkbaar met de kiesdrempel in Turkije. Het aantal afsplitsingen zal er ook niet door afnemen. Afsplitsen is sowieso een irrationele actie, want vaak kansloos. Dus ook bij een hogere kiesdrempel zal dat blijven gebeuren.” En het belangrijkste gezien het onderwerp van dit college: het vertrouwen zal er niet door groeien, want een kiesdrempel schaadt de evenredigheid die zo belangrijk is voor het vertrouwen in de politiek.

Schijnoplossing 3: het referendum

Het invoeren of organiseren van meer referenda heeft bij elkaar opgeteld een neutraal effect op het vertrouwen van de burger. “De mogelijkheid tot het organiseren van een referendum stimuleert het vertrouwen enigszins, maar vaak ondermijnt een daadwerkelijk referendum dat gestegen vertrouwen weer omdat het vaak een correctieve uitkomst heeft, die als het ware zegt: ‘de politiek zat ernaast’. Bovendien is het vooral belangrijk wat de politiek vervolgens met het signaal doet.”

Schijnoplossing 4: de verkiezingsloterij

De laatste schijnoplossing die Van der Meer behandelt is het idee van een verkiezingsloterij: per periode worden willekeurige mensen ingeloot om zich politiek in te zetten. “Het voordeel hiervan is dat je letterlijk burgerparticipatie krijgt, maar de samenleving wordt zo niet per se beter vertegenwoordigd. Vaak blijkt dat slechts 5 tot 10% van de uitverkorenen daadwerkelijk de handschoen oppakt en de politieke arena betreedt. Die groep bestaat voornamelijk uit hoogopgeleide, blanke mannen van middelbare leeftijd. Niets nieuws onder de zon dus.”

Het echte probleem en mogelijke oplossingen

Wat werkt er dan wel volgens Van der Meer? “Politisering in plaats van technocratisering. Politiek is geen vies woord, mensen willen graag iets te kiezen hebben en horen graag de verschillen tussen partijen. Om die reden is Van der Meer ook voorstander van stembusakkoorden en minderheidsregeringen. Stembusakkoorden, waarbij partijen voorafgaand aan de verkiezingen de handen ineen slaan en samen optrekken, voorkomen dat kiezers alleen strategisch gaan stemmen en zo slechts twee partijen groot maken. Een minderheidsregering zorgt er ook voor dat er veel oppositie overblijft. Dat biedt meer mogelijkheden om de regering bij te sturen.

Vrij vertaald naar de Amerikaanse politicoloog Schattschneider concludeert Van der Meer dat het vooral belangrijk is dat er iets te kiezen valt: “Als er geen competitie in het systeem zit is het volk machteloos. Het probleem ligt volgens mij niet bij de kiezers, maar, als het al ergens ligt, eerder in de politieke cultuur en daar kunnen we iets aan veranderen.”

Collegereeks Gezond Wantrouwen

Dit was het verslag van het vierde en laatste college uit de reeks ‘Gezond Wantrouwen.’ Download de PowerPointpresentatie van dit college (als pdf).